Onze oceanen en rivieren zitten vol plastic, het weer wordt steeds extremer en talloze diersoorten sterven uit. Als mens bedreigen we niet alleen de planeet en alle wezens die erop leven, maar ook onze eigen gezondheid.
Is het te laat? Kunnen we het maar beter opgeven? Helemaal niet! Wij hebben er een soep van gemaakt, maar wij kunnen ook onze aarde terug wat schoner en beter leefbaar maken.
Dat je groenten en fruit beter onverpakt koopt, dat wist je al (want waarom zou je ze nog verpakt kopen?). In deze blogpost geef ik je nog 5 praktische tips om duurzamer te eten en zo mee te bouwen aan de wereld van morgen.
1. Zet seizoensgroenten en -fruit op het menu
Groen van het seizoen dat lokaal geteeld wordt, heeft geen verwarmde serres nodig én moet het vliegtuig niet op. Bovendien steun je zo de lokale landbouwers.
Rechtstreeks bij de boerderij kopen, is natuurlijk het beste. Sommigen bieden zelfs groente- en/of fruitpakketten aan de hand van abonnementen aan.
Maar ook in de supermarkt kan je gemakkelijk zien of iets lokaal geteeld is of niet. Het is namelijk wettelijk verplicht om de oorsprong te vermelden in de winkel en online.
2. Koop MSC- en ASC-gecertificeerde vis
1 à 2 keer per week een stukje vis op je bord is een goed idee. Het bevat namelijk specifieke vetzuren die essentieel zijn voor je lichaam. Maar kan dat ook duurzaam?
Jazeker. Kies voor vis met het MSC- of ASC-label op de verpakking.
MSC-gecertificeerde vis is op zee gevangen op een duurzame manier. Vis met het ASC-label is dan weer gekweekt met respect voor mens en milieu.
Meer weten? Hier lees je er alles over.
3. Duurzamer eten begint met een weekmenu
Deze tip komt terug in verschillende van mijn blogs.
Plannen wat je gaat eten is niet alleen goed voor je gezondheid, maar ook voor de planeet.
Je gaat namelijk voorbereid winkelen en vermijdt dus dat je te veel eten koopt. Eten dat je moet weggooien. Dat is niet goed voor het milieu en niet goed voor je portemonnee.
4. Werk met restjes
Voor je je weekmenu opstelt, is het belangrijk dat je eerst eens in de koelkast kijkt. Wat dreigt er te vervallen en wat kan je daarmee maken?
Kleine restjes groenten zijn bijvoorbeeld ideaal om in een omelet te doen. Maak toast of wentelteefjes van brood dat al een beetje hard is. En heb je nog vlees over? Dat kan je perfect in een salade verwerken.
Wees creatief met je restjes en help zo mee aan minder voedselverspilling.
5. Eet meer plantaardig
Veeteelt is een vervuilende industrie. Het heeft een aanzienlijk aandeel in de uitstoot van broeikasgassen, maar het zorgt ook voor waterverontreiniging en ontbossing.
Kies je ervoor om meer plantaardig te eten, dan kies je ook voor een kleinere ecologische voetafdruk.
“Meer plantaardig” is niet hetzelfde als “vegan”. Het betekent gewoon dat je zorgt voor meer planten in je voeding. En niet alleen groenten en fruit, maar ook peulvruchten, noten en plantaardige olie.
Het gaat dus niet per sé over vlees weglaten, maar vooral over meer plantaardige voeding toevoegen.
Zo zal je automatisch minderen met de dierlijke producten, zonder het gevoel te hebben dat je iets mist. En het is nog eens goed voor je gezondheid ook.
Daarnaast kan je ervoor kiezen om af en toe een vegetarisch gerecht op tafel te zetten. Zelf kook ik minstens 1 keer per week vegetarisch.
Met deze 5 startertips ga jij ook vaker vegetarisch eten. Nog wat inspiratie nodig? Hier vind je enkele gemakkelijke recepten.
Hebben deze tips om duurzamer te eten je iets bijgebracht?
Volg me op Instagram en Facebook om steeds op de hoogte te blijven van nieuwe blogposts en recepten.